geweest zijn
Recently Published Documents


TOTAL DOCUMENTS

14
(FIVE YEARS 0)

H-INDEX

0
(FIVE YEARS 0)

2016 ◽  
Vol 75 (2) ◽  
pp. 101-146
Author(s):  
Jan Verstraete

Over de bestraffing op tuchtrechtelijk vlak van collaboratie met de vijand tijdens WOI en WOII door de tuchtcolleges van een vrij beroep zoals de orde van advocaten er een is, bestaan bijna geen publicaties. In 2012 werd door de orde van advocaten in Antwerpen openheid van zaken gegeven voor de tuchtvervolgingen en veroordelingen die het gevolg waren van feiten gepleegd tijdens WOII. Aan de hand van de verslagboeken van de raad van de orde, zetelend als tuchtraad, konden ondertussen de procedures die na WOI tegen Antwerpse advocaten werden ingespannen voor de eerste maal grondig bestudeerd worden. Dat leverde verrassende resultaten op, niet alleen omdat aangetoond kon worden dat er een storende ongelijkheid in de bestraffing was voor zover de advocaat tijdens WOI in het zgn. Belgische kamp dan wel in het Vlaamse kamp gestaan had. Ook omdat vastgesteld kon worden dat de tuchtraad van advocaten, van dewelke toch aangenomen zou moeten worden dat hij ook toen de behoeder zou moeten geweest zijn van grondwettelijke vrijheden en correct procesverloop met respect voor de rechten van verdediging, in het eerste gerechtelijke jaar na 11 november 1918 daarmee soms zeer bediscussieerbaar omging.________The punishment of Activism during the First World War by the disciplinary board of the Antwerp Bar (1918-1921)There are almost no publications about the punishment of collaboration with the enemy during the World Wars by the disciplinary boards of liberal professions, such as bar associations. In 2012, the Antwerp Bar opened up the records concerning disciplinary proceedings and sentences that resulted from acts committed during the Second World War. On the basis of the records of the council of the Bar, sitting as a disciplinary board, the actions that were directed against Antwerp lawyers after the First World War could be studied in-depth for the first time. This produced surprising results. In part, this is because there was a demonstrable, disturbing inequality in punishment depending on whether the lawyer had stood in the so-called ‘Belgian camp’ or in the ‘Flemish camp’. In addition, we can conclude that the disciplinary board of the Bar, which we must remember was at the time also supposed to uphold constitutional freedoms and proper legal process regarding the rights of the accused, often treated these in a very debatable fashion in the first judicial year following 11 November 1918.


2014 ◽  
Vol 43 (4) ◽  
Author(s):  
Daniël Van Ryssel
Keyword(s):  

Willem Maria Verspeyen is geboren in het Schippershuis op de Graslei, een woning die door de familie Verspeyen eeuwen lang is bewoond geweest. Zijn vader Remi Jacques (Gent 1800 - 1841) was kantfabrikant. Willem deed humaniora aan het Sint-Barbaracollege te Gent.


Author(s):  
Eva Van Nuland
Keyword(s):  

In tal van culturen worden ter gelegenheid van allerlei religieuze en volkse feesten broden en koeken gebakken. De versiering ervan door middel van één of meerdere patacons, of een pijpaarde plakketje met een reliëfversiering, is evenwel een typisch Zuid-Nederlands fenomeen. Het grote aantal opgegraven pataconfragmenten te Aalst vormt dan ook een unieke collectie binnen deze tak van de Zuid-Nederlandse volkskunst. Het vondstencomplex opgegraven in de Peperstraat bevatte naast patacons ook tal van ceramiekresten en enkele bronzen munten. Aan de hand van de typologische groepen van de ceramiekfragmenten en van de identificatie van een bronzen munt, kon de site in de tijd geplaatst worden, meer bepaald in het laatste kwart van de 18de eeuw. De eerste stap van het onderzoek bestond uit de studie van de archeologische context en het vondstenmateriaal. De nadruk lag hier op het achterhalen of de pataconfragmenten al dan niet gemaakt werden door een vakman, meer bepaald een pottenbakker of een gespecialiseerd pataconbakker. D e 576 fragmenten kenden verschillende afmetingen en vormen en ook de iconografische onderwerpen van de reliëfafbeeldingen waren zeer gevarieerd. Samen met de uitéénlopende kwaliteit van uitvoering en van verfijndheid van motief, wezen deze gegevens in de ricting van een vakman. Aangezien het vondstencomplex ook nog tal van ceramiekresten bevatte, kon men besluiten dat de patacons waarschijnlijk het werk waren van een pottenbakker die als bijverdienste ook patacons maakte. Ook al gaven de studies van de archeologische context geen uitsluitsel, kon aangetoond worden dat de site wel degelijk de productieplaats van de patacons kon geweest zijn. De ambachtelijke productie concentreerde zich in de 18de eeuw namelijk in het stadscentrum van Aalst, meer bepaald in de wijk rond de Peperstraat. Hier ontstonden ook de eerste vroegindustriële ondernemingen. De vermeldingen in de wettelijke passeringen van een aantal pottenbakkerijen in de Peperstraat sluiten ook zeker niet uit dat de patacons op de opgravingssite zelf geproduceerd werden.


2002 ◽  
Vol 18 (1) ◽  
pp. 29-31
Author(s):  
Steven Kromhout
Keyword(s):  

Sign in / Sign up

Export Citation Format

Share Document