chronische aandoening
Recently Published Documents


TOTAL DOCUMENTS

17
(FIVE YEARS 4)

H-INDEX

1
(FIVE YEARS 0)

TvPO ◽  
2021 ◽  
Vol 16 (3) ◽  
pp. 46-46
Author(s):  
Anneke de Vries

2020 ◽  
Vol 18 (3) ◽  
pp. 3-5
Author(s):  
Heleen Kruitbosch ◽  
Dorien Leenders

In deze bijdrage wordt beschreven wat Acceptance & Commitment Therapy inhoudt en wordt een onderzoek naar het effect hiervan in de behandeling van epilepsie beschreven. Daarna wordt een casus beschreven waarin een beeld wordt gegeven van de toepassing van Acceptance & Commitment Therapy in de praktijk. Deze therapie blijkt een waardevolle aanvulling bij de behandeling en begeleiding van mensen met een chronische aandoening, zoals epilepsie.


2019 ◽  
Vol 27 (9) ◽  
pp. 28-30
Author(s):  
Nicole Snippen ◽  
Haitze de Vries ◽  
Sylvia van der Burg-Vermeulen ◽  
Mariët Hagedoorn ◽  
Sandra Brouwer

KWALON ◽  
2018 ◽  
Vol 23 (2) ◽  
Author(s):  
Roosmarijn Petersen

Communication between physicians and patients with a chronic illness – video observational research To be able to influence the patient’s behavior in a constructive way, it is important for physicians to have good communication skills and view the disorder from the patient’s perspective. The knowledge that the patient acquires through his or her own experience with the chronic illness, the physician needs to be able to understand the patient well, and to discuss and draw up a treatment plan effectively. This communication is even more important for people with a chronic illness, because they have a long-term and sometimes intensive relationship with the physician, while the perceived disease burden is high. This video observational research shows where the physicians have a good idea of ​​the patient’s life and where they don’t.


2018 ◽  
pp. 259-272
Author(s):  
I. de Kock-van Beerendonk ◽  
K. Masolijn ◽  
F. Masolijn

2010 ◽  
Vol 26 (4) ◽  

Beperkt aan het werk vormt het vervolg op de in 2007 verschenen publicatie Beter aan het werk. In beide monitorrapportages is de kernvraag of het ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheidsvolume dalen en de arbeidsparticipatie van mensen met (voormalige) gezondheidsbeperkingen toeneemt. Drie instituten hebben een bijdrage geleverd: het SCP, het CBS en TNO Kwaliteit van Leven. Het rapport draait om de thema's ziekteverzuim, Wajong en arbeidsparticipatie van mensen met gezondheidsbeperkingen. Hoofdstuk 1 vat de bevindingen samen en gaat in op de kernvraag, met als conclusie dat de arbeidsparticipatie van arbeidsbeperkten zich niet in positieve zin ontwikkelt en dat het ziekteverzuim nog verder teruggedrongen kan worden. In de hoofdstukken 2 t/m 8 worden de onderliggende onderzoeken en analyses beschreven. De methoden zijn goed verantwoord, de resultaten zijn uitgebreid en helder beschreven. Het boek bevat daarmee een schat aan kennis en informatie voor onderzoekers en beleidsmakers. Het plaatje rond verzuim en participatie is met dit boek echter niet compleet. Hieronder ga ik op drie hoofdstukken nader in en noem ik enkele relevante aanvullende onderzoeken. In hoofdstuk 2 van Beperkt aan het werk wordt de NEA (Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden) van TNO en CBS als bron gebruikt voor de ziekteverzuimontwikkeling in Nederland. Omdat Nederland op dit moment geen integrale ziekteverzuimstatistiek van werknemers kent, zijn we voor het volgen van de ontwikkelingen in ziekteverzuim namelijk afhankelijk van twee enquêteonderzoeken. De NEA meet het individuele ziekteverzuim op basis van zelfrapportage van werknemers en de CBS-Kwartaalenquête ziekteverzuim brengt het verzuim van bedrijven in kaart. De NEA laat zien dat mensen met een chronische aandoening aanzienlijk meer verzuimen dan overige werknemers. Verder blijkt dat het verzuimpercentage flink gedaald is, van 4,8 in 2007 naar 4,1 in 2007 en 2008. Nadere analyse van de CBS-Kwartaalenquête in de toekomst lijkt zinnig. In 2007 zijn twee grote cohortonderzoeken onder langdurig zieken gestart: het return-2-work onderzoek van TNO en het Weg naar WIA-onderzoek van APE en AStri. Hoofdstuk 3 beschrijft het return-2-work onderzoek. Geconcludeerd wordt dat er ruimte is om het langdurige verzuim verder terug te dringen. Voor niet iedere werknemer wordt namelijk tijdig een probleemanalyse gemaakt en juist in die gevallen is het verzuim vaker langdurig. De onderzoekers kunnen echter niet uitsluiten dat juist voor werknemers met benutbare functionele mogelijkheden, vaker tijdig een probleemanalyse is gemaakt. Ook het Weg naar WIA-onderzoek – waar de focus op het effect van begeleiding bij terugkeer naar werk lag – kent dit 'oorzaak-gevolgprobleem'. Toch zullen er zeker verbetermogelijkheden bij de re-integratie van verzuimers zijn. Bij de poortwachterstoets die UWV uitvoert bij de WIA-aanvraag, blijkt namelijk dat in 10% van de gevallen de re-integratie-inspanningen van werkgevers onvoldoende waren. In hoofdstuk 7 constateert het CBS dat de arbeidsparticipatie van mensen met een langdurige aandoening en een arbeidsongeschiktheidsuitkering tussen 2004 en 2008 is gedaald. Dit terwijl het overheidsbeleid erop gericht is mensen met gezondheidsbeperkingen te laten participeren in betaald werk. Ik wil hier de nieuwe Monitor Arbeidsbeperkten en Werk 2007-2009 van UWV tegenover zetten. Deze laat zien dat de arbeidsparticipatie tussen 2007 en 2008 wel degelijk is gestegen, maar in 2009 – als gevolg van de economische crisis – weer is gedaald. De verschillen in trends kunnen te maken hebben met de definities, maar ook met het ontbreken van het jaar 2007 in de CBS-analyse. Verder moet de lezer zich realiseren dat door invoering van de WIA met de hogere toetredingsdrempel en de herbeoordelingsoperatie WAO het arbeidsongeschiktenbestand is 'verhard' sinds 2004. Een lichte daling van de arbeidsparticipatie hoeft daarom niet bij voorbaat te betekenen dat het beleid niet werkt.


Sign in / Sign up

Export Citation Format

Share Document